Een wettelijke grondslag voor gegevensuitwisseling in het sociaal domein

Met de decentralisatie van de taken in het sociaal domein (Wmo 2015, Jeugdwet, Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en de Participatiewet) in 2015 kregen gemeenten er een aantal verantwoordelijkheden bij. Eén van de belangrijkste doelen van de decentralisatie is om burgers passende ondersteuning te kunnen bieden bij het vergroten van zelfredzaamheid en participatie. In de praktijk bleek het bieden van ondersteuning bij meervoudige problematiek een aantal problemen met zich mee te brengen. Het Wetsvoorstel Aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (‘Wams’) gaat hier (hopelijk) deels verandering in brengen. Wij praten je bij.

Het doel van de Wams

Bijna alle gemeenten kennen een meldpunt waar burgers en professionals terecht kunnen met zorgen over gezondheid, het welzijn, de zelfredzaamheid of participatie van zichzelf of een ander. De regering signaleerde na 2015 een belangrijk knelpunt in de juridische basis voor gegevensverwerking door de meldpunten. Het wetsvoorstel beoogt dit knelpunt en de belemmeringen die als gevolg daarvan in de uitvoeringspraktijk zijn ontstaan, weg te nemen.

Knelpunt in de huidige wetgeving

Het huidige wettelijk kader in het sociaal domein blijkt onvoldoende expliciet over de opdracht tot een integrale aanpak bij meervoudige problematiek en de gegevensverwerkingen die daarvoor zijn toegestaan. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het betrekken van zowel de school, als een zorgverlener, de gemeente en/of een bewindvoerder. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft hier in het verleden al meerdere malen op gewezen. Gevolg is dat organisaties terughoudend zijn in het delen van gegevens, waardoor een integrale aanpak niet tot stand komt en de samenwerking bemoeilijkt wordt. Een (wettelijke) oplossing is dus nodig.

Grondslag voor gegevensuitwisseling nodig

De AVG bepaalt dat persoonsgegevens alleen verzameld en verwerkt mogen worden op basis van één van de zes in de AVG omschreven grondslagen. Volgens de AP kan de gegevensverwerking die benodigd is voor een integrale aanpak van meervoudige problematiek niet op één van de zes grondslagen worden gebaseerd. De huidige sociaal domeinwetten voorzien volgens de AP immers niet in expliciete wettelijke taken voor het college van burgemeester en wethouders (‘het College’). De “restgrondslag”, toestemming van de burger voor de gegevensuitwisseling, kan ook niet worden aangewezen, terwijl deze nu wel gebruikt wordt. Volgens de AP is in de verhouding tussen de overheid en burgers sprake van een afhankelijkheidsrelatie. Daardoor kan deze toestemming niet worden geacht in vrijheid te zijn gegeven.

Daarnaast kent de AVG het principe van doelbinding: de persoonsgegevens mogen alleen worden verzameld en verwerkt voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden. Wanneer de gegevens later voor een ander doel worden gebruikt, dan moet dat nieuwe doel verenigbaar zijn met het oorspronkelijke doel. De huidige wetten binnen het sociaal domein hebben elk een nauw omschreven doel. Hergebruik kan dan niet worden gebaseerd op verenigbaarheid.

Ook beschrijft de toelichting op het wetsvoorstel dat het uitwisselen van persoonsgegevens tijdens een casusoverleg (een multidisciplinair overleg) juridisch lastig is. Het huidige regelgevend kader is onvoldoende duidelijk over gegevensuitwisseling in een dergelijk overleg. Wel zijn er handvatten en spelregels ontwikkeld om een casusoverleg in goede banen te leiden. In de toelichting wordt echter geconcludeerd dat handvatten belangrijk zijn, maar dat een juridisch kader ontbreekt en hierdoor de multilaterale gegevensverstrekking niet wordt opgelost. Die oplossing wordt gevonden in het wetsvoorstel. Hetzelfde geldt voor de oriënterende fase: het wetsvoorstel voorziet in een juridisch kader voor de situatie waarin de gemeente nog moet verkennen of er sprake is van meervoudige problematiek.

Oplossing in het wetsvoorstel

Vanuit de AVG dient er altijd een verwerkingsverantwoordelijke te zijn voor de verwerking van persoonsgegevens. Mede door het ontbreken van een duidelijke taak voor de integrale aanpak en de coördinatie ervan, is voor de burger momenteel niet duidelijk welke partij verantwoordelijk is voor de gegevensverwerking als meerdere partijen samenwerken in het kader van de integrale aanpak. Voor de burger is dan onduidelijk wie hij kan aanspreken als hij zijn rechten wil uitoefenen.

In het wetsvoorstel wordt de gecoördineerde aanpak van meervoudige problematiek expliciet als taak voor het College wettelijk verankerd. Daarnaast worden de juridische grondslagen voor de daarvoor benodigde gegevensverwerking geregeld. Het wetsvoorstel is expliciet niet bedoeld om ruimere gegevensuitwisseling mogelijk te maken voor handhaving, opsporing of vervolging. Dit is nu opgenomen in het Wetboek van Strafvordering en zal niet worden aangepast. Daarnaast is dit voorstel ook niet bedoeld voor gedwongen zorg of hulpverlening. Gezien de specifieke waarborgen die hiervoor nodig zijn, is een nadere verkenning noodzakelijk.

Stand van zaken

Op dit moment wordt het advies van de Raad van State door de betrokken departementen verwerkt. Vervolgens wordt het wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer voor behandeling. Over de voortgang wordt bericht via onder andere: Uitwisseling persoonsgegevens en privacy (UPP) | Traject | Programma Sociaal Domein.

Deze blog is geschreven in samenwerking met Laura Monhemius.

New call-to-action


Meer lezen over dit onderwerp?

Terug naar overzicht