Vorige week schreef mijn collega Maaike over de huidige spelregels van het herroepingsrecht. Deze spelregels gaan met de invoering van de nieuwe Richtlijn aardig op de schop. Hieronder volgt een kort overzicht/stappenplan zoals dit vanaf december 2013 moet gaan gelden voor webwinkeliers.
1 Er moet allereerst voldaan worden aan de informatieplichten. Hoe dat precies moet, heb ik reeds omschreven. Als webwinkelier moet je de informatie over het al dan niet van toepassing zijn van het herroepingsrecht en bijvoorbeeld de procedure zelf op een aantal manieren mededelen. Zie daarvoor de eerdere blog.
2 De termijn voor het herroepingsrecht gaat van 7 werkdagen naar 14 kalenderdagen. Daarmee wordt de termijn voor alle lidstaten gelijk. Iets dat de grensoverschrijdende handel in theorie zou moeten bevorderen.
3 Onder de huidige regelgeving is er nog wat onduidelijkheid over of de 7 ‘werkdagentermijn’ nu een termijn is waarbinnen de klant het product moet retourneren of dat hij binnen deze periode aan de ondernemer kenbaar moet maken dat hij het product terug wil sturen/ de overeenkomst wil ontbinden (en het vervolgens binnen een redelijke termijn terug zal sturen).
De nieuwe regel wordt hoe dan ook dat de klant binnen 14 dagen na in bezit name van het product de overeenkomst kan ontbinden. Hiertoe moet de verkoper een modelformulier aan bieden (wat als bijlage bij de Richtlijn is geplaatst) of moet de klant op een andere manier een ‘ondubbelzinnige verklaring’ geven dat hij van de koop af ziet. De klant moet dus binnen 14 dagen het formulier invullen en dit dan elektronisch versturen via de website. De verkoper moet de ontvangst van het ingevulde formulier bevestigen. Er geldt dan dus een duidelijk ontbindingstermijn en niet een “binnen 7 werkdagen retourneren termijn”, zoals nu vaak wordt aangeboden door webwinkels.
Hierna heeft de klant 14 dagen de tijd om het product terug te sturen. Deze termijn is nieuw, want nu hadden wij alleen een ‘redelijke termijn’. In totaal kan het dus 28 dagen duren voordat de producten terug zijn.
4 Indien de bestelling in meerdere etappes geleverd wordt, als bijvoorbeeld een deel niet direct leverbaar is, dan gaat de termijn van 14 dagen pas in nadat de klant het laatste product uit de bestelling ook in zijn bezit heeft.
5 De webwinkelier moet binnen 14 dagen na ontbinding (na het ontvangen van het modelformulier) de bedragen terug betalen waar de klant recht op heeft. Nu wordt waarschijnlijk gedacht dat de verkoper al terug moet betalen (via hetzelfde betaalmiddel als waarmee is betaald) voordat hij de producten heeft ontvangen. Dat is gelukkig niet zo, er is een voorbehoud dat eerst de producten moeten zijn ontvangen of dat de klant kan aantonen dat hij de producten heeft verzonden. Hierna hoeft de verkoper pas het bedrag terug te betalen.
6 Welk bedrag moet terug betaald worden? Simpel gezegd alle reeds betaalde bedragen door de klant, behalve uiteraard de kosten voor het terug sturen zelf. Dus ook de verzendkosten die gemaakt zijn voor het versturen van het pakketje van de winkel naar de klant en ook eventuele kosten die gepaard gaan met een betaalmiddel. Dit is geen nieuwe eis en geldt nu ook al, al wordt dat vaak ‘vergeten’.
Overigens hoeft de verkoper niet alle verzendkosten terug te betalen op het moment dat de klant zelf voor een duurdere optie dan de door de webwinkel geboden standaard verzendmethode heeft gekozen. Het bedrag blijft dan beperkt tot het bedrag van de standaard verzendwijze.
Een interessante vraag is dan wat te doen met rembours (betaalwijze of verzendwijze?), daar zal ik later nog op in gaan.
7 Rest nog de vraag wat de klant mag doen met de producten. Daarvoor geldt niets anders dan wat nu ook al geldt. De klant mag testen en inspecteren voor zover dat noodzakelijk is om de aard, de kenmerken en de werking van producten na te gaan. Een verpakking kan dus best geopend worden en een product kan ook best uitgeprobeerd worden. Wat nieuw is, is dat in de Richtlijn is opgenomen dat indien er waardevermindering aan het product ontstaat doordat de klant meer heeft gedaan dan noodzakelijk was om de aard, de kenmerken en de werking van producten na te gaan, deze waardevermindering in rekening mag worden gebracht. Nu was er nog wel eens discussie of dat een te ver uitgeprobeerd product bij een retour geweigerd moet worden of dat er kosten in rekening mogen worden gebracht. In de nieuwe Richtlijn geldt dus alleen dat laatste.
Kanttekening bij punt 7 is wel dat als de webwinkelier vergeet de informatie over het herroepingsrecht (op een juiste manier) te vermelden, de waardevermindering op rekening van de verkoper komt.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.