Als onderdeel van het voorstel voor een Europese richtlijn omtrent Auteursrechten in een digitale markt, is de Europese Commissie (EC) vorig jaar met een voorstel gekomen om user-generated content vooraf te laten filteren door hostingproviders. De EC beoogt met het voorstel de zogenoemde ‘value gap’ te dichten en inbreuken op het auteursrecht te voorkomen. De term value gap wordt gebruikt om het verschil te beschrijven tussen wat bepaalde content zou kunnen opleveren voor een auteursrechthebbende en wat het daadwerkelijk oplevert wegens auteursrechtschendend gebruik op het internet.
Hoewel een grote hoeveelheid organisaties al eerder kritiek hebben geuit op dit filtervoorstel, is op 5 september jl. een document gelekt door Statewatch waaruit blijkt dat ook Nederland, België, Tsjechië, Finland, Hongarije en Ierland hun bedenkingen hebben bij het voorstel.
Het voorstel van de EC treft niet alleen klassieke hostingproviders, maar ook social mediaplatformen, forums, chatboxen en andere interactieve internetdiensten die ook onder de huidige juridische definitie van hostingproviders vallen.
Op dit moment bevinden hostingproviders zich in een neutrale positie en worden zij wettelijk beschermd tegen aansprakelijkheid voor het hebben van onrechtmatige inhoud op hun diensten/sites. In principe zijn zij namelijk niet aansprakelijk voor onrechtmatige content (indien de inhoud hiervan door derden geplaatst is), tenzij zij op de hoogte waren van de onrechtmatigheid van de inhoud of de inhoud niet onmiddellijk verwijderd hebben na een melding over het onrechtmatige karakter van de inhoud. De hostingprovider mag hierbij zelf oordelen of de inhoud van de content onrechtmatig is en zit daarmee min of meer op de stoel van de rechter.
Toch zal de hostingprovider terughoudend moeten omgaan met deze bevoegdheid omdat zij niet onnodig content zal willen verwijderen en dat ook niet zomaar mag. Uit rechtspraak volgt dat een hostingprovider de content alleen hoeft te verwijderen wanneer dit onmiskenbaar onrechtmatig is. Geplaatste content is onmiskenbaar onrechtmatig indien er zonder twijfel inbreuk gemaakt wordt op de rechten van derden. Denk hierbij aan illegaal aanbod van films en muziek of wanneer een klager bewijs kan overleggen waaruit blijkt dat er inbreuk wordt gemaakt op een recht van derden. Indien de hostingprovider een melding hiervan krijgt maar er vervolgens niks mee doet, kan hij zich niet meer beroepen op de wettelijke bescherming en is hij mogelijk aansprakelijk.
Wanneer het voorstel goedgekeurd wordt door het Europees Parlement en de Raad van Ministers, zal dit verstrekkende gevolgen hebben voor hostingproviders. Zij worden dan namelijk verplicht om gebruik te maken van geautomatiseerde systemen om content te filteren. Het gebruik van geautomatiseerde systemen brengt met zich mee dat er geen onderscheid gemaakt kan worden tussen daadwerkelijke schendingen van het Auteursrecht en toegestane uitzonderingen op het Auteursrecht. Onder toegestane uitzonderingen van het Auteursrecht vallen o.a.: parodieën, karikaturen en citaten.
Het doorvoeren van een dergelijk voorstel zet daarmee druk op een open en vrij internet en beperkt mogelijk de vrije toegang tot informatie. Hierdoor komt tevens een ander recht onder druk te staan: het recht op vrijheid van meningsuiting. Daarnaast ondermijnt het voorstel de (nu nog) neutrale positie van de hostingproviders. Verder is het onduidelijk wat er gebeurt met de aansprakelijkheidspositie van de hostingproviders. De verwachting is dat hostingproviders eerder aansprakelijk gesteld kunnen worden als er door een foutje in de filtering toch auteursrechtschendende content online komt.
De zes eerdergenoemde landen, waaronder Nederland, vragen zich in het gelekte document terecht af of het betreffende artikel wellicht in strijd is met de vrijheid van meningsuiting en informatie, eerbiediging van privé familie- en gezinsleven en het verbod op beperkingen op politieke activiteiten van vreemdelingen.
Met het introduceren van een piepsysteem (klachtmechanisme) voor gebruikers, tracht de Commissie gewicht te geven aan het recht op vrijheid van meningsuiting. Met het klachtenmechanisme kan men een klacht indienen in het geval dat men het niet eens is met het blokkeren van de content. Het is nog maar de vraag in hoeverre een dergelijk klachtenmechanisme het recht op vrijheid van meningsuiting voldoende waarborgt. Zo wordt er in het voorstel bijvoorbeeld geen termijn gesteld waarbinnen de hostingprovider moet reageren op de klacht.
In het geval van een groot platform als Facebook, zou het dus zo kunnen zijn dat de klager tijdenlang moet wachten op een antwoord. Grote kans dat de content tegen die tijd dan niet eens meer relevant is. Tevens schept de Europese Commissie een verplichting voor hostingproviders om een schadevergoedingsmechanisme in te stellen in het geval er een geschil ontstaat over de filtering.
Al met al is het voorstel van de Europese Commissie dus een behoorlijk zware maatregel waardoor hostingproviders een verhoogd zullen risico lopen om aansprakelijk gesteld te worden voor schendingen van het Auteursrecht. Het is nu echter wachten tot het Europees Parlement en de Raad van Ministers een besluit hebben gemaakt.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.