Ja, software kun je kopen!

Software is geen zaak, maar je kunt het toch kopen. Ook als de leverancier het een licentie noemt. Dat bepaalde onze Hoge Raad gisteren in cassatie van een arrest uit 2010. Wel is het arrest beperkt tot standaardsoftware die je voor onbepaalde tijd verkrijgt, dus maatwerkregelingen en tijdelijke licenties zijn en blijven licenties.

De zaak was aangespannen omdat een stuk standaardsoftware niet goed werkte. De licentienemer had daarover geklaagd, en de softwaremaker beriep zich op de wettelijke regel die bepaalt dat je bij een aankoop van een product “binnen bekwame tijd nadat hij dit heeft ontdekt” dit moet melden (art. 7:23 BW), wat de klager dus niet gedaan had. Maar wacht eens even, software (standaard of maatwerk) is toch helemaal geen product? Een product moet voor menselijke beheersing vatbaar zijn (pijn doen als ‘t op je voeten valt, zeg maar) en software is dat niet.

De Hoge Raad vindt het echter zinvol om de regels over koop ook door te trekken naar software. De wetgever heeft immers ‘koop’ echt niet specifiek bedoeld voor fysieke zaken. Ook vermogensrechten kun je kopen (art. 7:47 BW), en die zijn ook bepaald niet stoffelijk. Wel moet je dan even kijken in hoeverre het recht rond koop ‘past’ bij dat vermogensrecht.

Meer algemeen rechtvaardigt de Hoge Raad dit standpunt met een erg fijne schop tegen de schenen van de “nee het is slechts een licentie en uw aanspraken op juistheid zijn contractueel uitgesloten”-softwarelicentiegevers:

Deze toepasselijkheid is ook wenselijk omdat de kooptitel een uitgewerkte regeling geeft inzake conformiteit, klachtplicht en verjaring, en omdat met die toepasselijkheid de rechtspositie van de koper wordt versterkt (met name in het geval van consumentenkoop en koop op afstand). In al deze opzichten bestaat geen aanleiding de aanschaf van standaardsoftware te onderscheiden van de koop van zaken en vermogensrechten.

Oftewel, het is de bedoeling dat mensen de regels rond koop kunnen gaan inzetten bij het betrekken van standaardsoftware. Dank u.

Op grond van dit arrest kun je dus bij defecte software net zo goed als bij een defecte auto (sorry, die vergelijking móet gewoon) eisen dat de leverancier tot herstel of vervanging opgaat. En bij consumentensoftware kan dat niet worden uitgesloten of beperkt.

Wel kom je dan meteen uit bij de vraag wannéér sprake is van defecte software. Software moet immers voldoen aan de redelijkerwijs gewekte verwachtingen, en probleemloze software mag je écht niet verwachten.

Arnoud

Terug naar overzicht