De titel van deze blog doet wellicht wat vreemd aan, maar het is toch echt de uitkomst van de prejudiciële vragen voorgelegd aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). Deze uitspraak van afgelopen donderdag 5 juni kunt u hier raadplegen. Door de Engelse rechter was aan het Hof – kort gezegd – de vraag gesteld of voor de kopieën die op het scherm van internetgebruikers tijdens het browsen ontstaan toestemming nodig is van de houders van de auteursrechten daarop. Zo zou dus de ongelukkige situatie kunnen ontstaan dat u bijvoorbeeld voordat u deze blog opende, hiervoor mijn toestemming had moeten vragen. Dit kan uiteraard niet de bedoeling zijn en zal het gehele internet om zeep helpen. In deze blog zal ik kort de achtergrond van het geschil schetsen en de uitspraak van het Hof bespreken.
De vragen waren gesteld naar aanleiding van een geschil tussen een organisatie van consultants (PRCA) en een organisatie van krantenuitgevers (NLA). PRCA maakt gebruik van een mediamonitoringsdienst aangeboden door het bedrijf Meltwater. Meltwater verzamelt nieuwsberichten en stelt deze beschikbaar via de e-mail en haar website. Nu is het zo dat Meltwater netjes een licentievergoeding aan NLA betaalde voor het linken naar de nieuwsberichten. De klanten van Meltwater deden dat echter niet.
Deze uitspraak wordt door velen waarschijnlijk als vanzelfsprekend of zelfs overbodig beschouwd. Dat inbreuk kan worden gemaakt op iemands auteursrechten door online een artikel te bekijken valt immers ook moeilijk te begrijpen. In juridisch opzicht is het wel zo dat iedere keer dat u een internetpagina bezoekt, het betreffende materiaal wordt gekopieerd. Er ontstaat zowel een kopie op uw scherm als een kopie in het tijdelijke computergeheugen. De vraag stond dan ook centraal of door het maken van deze kopieën inbreuk werd gemaakt. Feit was dat de kranten licentie-inkomsten misliepen.
Het Hof heeft nu uitgemaakt dat van een inbreuk geen sprake kan zijn. De kopieën die tijdens het surfen ontstaan, zijn namelijk tijdelijk. Bij het bepalen of sprake is van een tijdelijke kopie volgt het Hof het stappenplan uit de wet. Hierbij zijn de volgende vijf vragen van belang:
De eerste vier vragen worden door het Hof met ja beantwoord en de vijfde vraag met nee. De belangrijkste overwegingen van het hof zijn als volgt. Op het moment dat u een internetpagina verlaat wordt de kopie automatisch verwijderd. Ook bepaalt het Hof dat het maken van tijdelijke kopieën noodzakelijk is. Het internet zou immers niet goed kunnen functioneren zonder het maken van deze tijdelijke kopieën. Het weergeven van websites wordt aanzienlijk lastiger als van te voren toestemming van de rechthebbende verkregen moet worden.
Is dit dan niet oneerlijk voor de rechthebbenden? Het Hof overweegt dat met de tijdelijke kopieën de belangen van de rechthebbenden niet onredelijk worden geschaad. Dat de internetgebruikers zonder toestemming toegang tot de werken van de rechthebbenden verkrijgen is in dit geval dus niet ernstig genoeg. Voor de uitgevers van de websites geldt namelijk wel dat zij vooraf toestemming moeten vragen en hierdoor zijn de belangen van de rechthebbenden afdoende beschermd.
Kortom: geen verrassende uitspraak, wel een belangrijke bevestiging van ons hoogste Europese rechtscollege. U kunt dus met een gerust hart het wereldwijde web rond blijven surfen zonder dat u toestemming hoeft te vragen aan de websites die u wenst te bezoeken. Het is uiteraard een ander verhaal als toegang tot een website afhankelijk is gesteld van betaling of lidmaatschap. Deze blokkade mag u niet zomaar omzeilen.
Door: Philip van der Weijde
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.