Wat. Een. Gedoe.
Denk ik vaak als er weer een negatief, al dan positief, bericht komt over het rechtmatig versturen van data naar de Verenigde Staten (VS). Al jaren rommelt het. Kort samengevat vindt de Europese Unie (EU) dat de VS inherent anders omgaat met grondrechten, en niet in een positieve zin. Dat is een probleem, want al jaren kunnen we eigenlijk niet goed uitleggen hoe we die datadoorgifte tussen de EU en de VS legitimeren. Die data ramt in de praktijk in de tussentijd gewoon lekker door. De autoriteiten hebben nog nooit daadwerkelijk de stekker uit een server getrokken om de verbinding verplicht te verbreken, dus het lijkt allemaal nog mee te vallen.
Desalniettemin is het een probleem dat deze continenten samen willen werken, maar dat niet lijken te kunnen doen terwijl ze op eenzelfde manier grondrechten respecteren. Dus hoewel ik denk wat een gezeik, denk ik ook: ‘maar waar zit het probleem nu weer precies, terwijl ik door de bladzijden scan van een nieuw stuk aan informatie van deze eindeloze saga. In dit artikel leggen we uitgebreid uit wat het Europees Parlement (EP) oordeelde over het nieuwe mechanisme dat al onze zorgen moet wegvagen: het EU-US Data Privacy Framework (DPF).
Persoonsgegevens (voor het gemak hierna aan gerefereerd met “data”) doorsturen naar een jurisdictie buiten de EU kan alleen in bepaalde gevallen (uitgeschreven in Hoofdstuk V van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)). Óf de Europese Commissie (de Commissie) heeft besloten dat dat land een adequaat (data)beschermingsniveau kent gezien de standaarden van de EU (adequaatheidsbesluit, artikel 45 AVG), óf passende waarborgen zijn in plaats (artikel 46 AVG) óf een van de afwijkingen gaat op (artikel 49 AVG). Data doorsturen naar de VS is al een tijdje lastig te onderbouwen, omdat geen van deze drie opties echt waterproof is op dit moment. Dat kwam aan het licht nadat in de geroemde Schrems-rechtszaken de twee adequaatheidsbesluiten (over het Safe Harbor Scheme en het Privacy Shield) onderuit zijn gehaald door ons Europees Hof van Justitie (het Hof). De VS zou namelijk inherent onveilig omgaan met data van Europese burgers. De overheid van de VS kent een te ruime bevoegdheid tot (bulk)interceptie van elektronische communicatie en Europese burgers hebben daar geen kennis van, of enigszins de mogelijkheid om hun recht te halen voor een gerechtelijke instantie. Dat vond het Hof een probleem, dat niet te omzeilen was met de voorgaande regelingen die adequaat bevonden waren (Safe Harbor Scheme en Privacy Shield). Willekeurige toegang door inlichtingendiensten tot elektronische communicatie, waar de overheid wettelijk toe in staat is in de VS, is een inbreuk op de essentie van het fundamentele recht tot vertrouwelijkheid van communicatie (artikel 7 Handvest, briefgeheim). Bovendien was de betrokkene, over wie het ging, niet in staat verhaal te halen bij de rechter (nog een EU grondrecht). Het vernieuwde Privacy Shield veranderde daar helaas weinig aan. In (lagere) rechtspraak zien we inmiddels dat ook het nemen van passende waarborgen, zoals het afsluiten van Standard Contractual Clauses (SCCs), deze risico’s uiteengezet door het Hof niet per se wegnemen.
De VS heeft nu dus in samenwerking met de Commissie het EU-US Data Privacy Framework (DPF) opgesteld, dat regels neerlegt over de Amerikaanse inlichtingendiensten en wat ze allemaal mogen bekokstoven. Dit moet zorgen dat de VS (wederom) aangemerkt wordt als adequaat. Het Witte Huis publiceerde de 'Executive Order on Enhancing Safeguards for United States Signals Intelligence Activities’ (EO), die het DPF in werking stelt. Het DPF introduceert waarborgen ten aanzien van privacy en civiele vrijheden en creëert een “onafhankelijk” mechanisme voor individuen om verhaal te halen als ze denken dat de VS onrechtmatig hun data heeft onderschept. De uitwerking van alle regels moet nog vormgegeven worden. Hoe dat er precies uit gaat zien is dus nog enigszins onduidelijk. Desalniettemin heeft de Commissie zich over de adequaatheid ervan gebogen.
De Commissie heeft een concept adequaatheidsbesluit gepubliceerd ten aanzien van het DPF. Daarbij zegt de Commissie eigenlijk dat zij het DPF passende waarborgen vinden bieden om adequaat data en privacy van Europese burgers te beschermen (lees ook dit blog), en ze het voornemen heeft om een finale beslissing te nemen dat het in orde is. De genomen maatregelen zou de surveillancebevoegdheid (om het maar even zo te noemen) van de overheid van de VS in juiste banen leiden, en er zou een mogelijkheid zijn voor betrokkenen om verhaal te halen, bij een door de VS opgesteld “instituut”.
Het EP is binnen de EU een zogenaamde ‘co-wetgever’. Zij zien toe op het werk van de Commissie en andere organen. Toezienend op de Commissie, publiceerde de EP een resolutie over het concept adequaatheidsbesluit. In zo’n resolutie vertelt de EP wat ze vinden van de gang van zaken; niet zo goed. De EP dringt de Commissie aan om dit adequaatheidsbesluit juist niet definitief te maken.
De EP neemt allerlei overwegingen mee in haar beslissing. Centraal staan een aantal artikelen uit het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (Handvest). Dit gaat om
artikel 52. Dat laatste artikel gaat over de reikwijdte van de rechten in het Handvest, over wanneer die grondrechten geschonden mogen worden. Inbreuken daarop moeten “bij wet worden gesteld” en de “wezenlijke inhoud van die rechten en vrijheden eerbiedigen”. Oftewel, als jij een inbreuk maakt op een grondrecht kan dat alleen als dat (1) gebeurt met respect voor de essentie van de grondrechten, en (2) als het een wettelijke verplichting is. Nou dat laatste is duidelijk bij de Amerikanen: die overheid heeft een flinke bevoegdheid om data in bulk te onderscheppen. Of die actie de essentie van de Handvestgrondrechten waarborgt, is de vraag. Bij de overwegingen neemt de EP ook de Snowden-onthullingen in ogenschouw. Relevant, want daarbij zagen we in praktijk hoe ver die surveillance van de Amerikaanse overheid nou eigenlijk ging.
De EP “overweegt” in zo’n resolutie hun bevindingen voor ze tot een conclusie komt. Zie het als je gedachtenkronkels die ten grondslag liggen aan de gewogen keuze voor ofwel een korte broek aan te trekken, ofwel een lange op een frisse zomermiddag. Die relevantste overwegingen som ik hieronder op:
Oké, dus wat wil je nou eigenlijk zeggen EP? Was ist los?
Het is tijd is voor juridische zekerheid in het kader van een nieuw doorgifte mechanisme, aldus de EP. Alle onzekerheid van de laatste jaren heeft organisaties veel geld gekost, en dat moet stoppen.
Uit het EO volgt niet duidelijk, precies en voorzienbaar hoe het toegepast gaat worden. De president kan het bovendien wijzigen wanneer hij/zij maar wil. Precies die duidelijke en strikte mechanismen voor monitoring en review - opdat besluiten toekomstbestendig zijn en dat het mensenrecht op gegevensbescherming wordt gewaarborgd - mist in dit adequaatheidsbesluit.
In 2021 heeft de EP de Commissie al gevraagd alleen een adequaatheidsbesluit aan te nemen als er betekenisvolle verandering heeft plaatsgevonden, ten opzichte van het SHS en het Privacy Shield. De EP concludeert dat het EU-US DPF dat voorligt geen “actual equivalence in the level of protection” (daadwerkelijk hetzelfde niveau van gegevensbescherming als in de EU) creëert.
De EP verzoekt de Commissie verder te gaan met onderhandelen met de VS. Zij verzoekt een mechanisme dat die gezochte gelijkheid aan het Europees recht en beschermingsniveau wel biedt. Dat gaat om zowel gegevensbeschermingsrecht als het Unierecht, en het Handvest zoals geïnterpreteerd door het Hof. De EP dringt aan om dit adequaatheidsbesluit niet uit te vaardigen.
Goed, dit is een vrij lange samenvatting en je vraagt je vast af waarom Caroline, nu nog dit verhaal. Omdat ik merk dat er een soort “angst” bestaat nog steeds over data doorgifte en de VS, en angst is regelmatig gestoeld op onzekerheid of onbegrip en wordt dus vaak weggehaald door iets te begrijpen. Het is van belang te weten wat de redenen zijn dat deze saga zo lang duurt, en de risico’s voor jezelf en je eigen organisatie helder te kunnen zien. Zo kan je gewogen beslissingen maken over de data die je gebruikt: wel of niet naar de VS. Bovendien is er veel onduidelijkheid in het nieuws over dit EU-VS geschil. Het komt erop neer dat het Hof vindt (en de EP dus ook) dat de VS principieel anders omgaat met grondrechten dan dat wij doen in de EU.
Dat vind ik soms opmerkelijk, omdat de Nederlandse (en ongetwijfeld is dat hetzelfde bij andere Europese landen) Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (door Bits of Freedom bestempeld als de “sleepnetwet” omdat de AIVD hiermee heel veel bijvangst heeft in plaats van gericht te onderscheppen) ook veel bediscussieerd onderwerp is in Nederland. Zelfs nu wordt er weer geprobeerd de bevoegdheden uit te breiden. Maar goed, de beste schippers staan aan wal, en die wal is in dit geval aan de oostkant van de Atlantische oceaan.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.