Jongeren die nét iets te diep in het glaasje hebben gekeken, lopen op verschillende plekken in Nederland de kans om tijdens een proef van de politie gefilmd te worden. ‘De Confrontatie’, zo wordt het project genoemd waarbij politie - en toezicht-medewerkers in uitgaansgebieden rondlopen met bodycams om deze aan te kunnen zetten op het moment dat zij een minderjarige aantreffen die ernstig onder invloed is van alcohol.
Op een later moment worden de beelden bij Bureau Halt aan de minderjarige en de ouders getoond om de jongere te confronteren met zijn of haar overmatige alcoholgebruik. Dit project is onderdeel van een grootschalig experiment van de Nationale Politie over de effectiviteit van het gebruik van bodycams: handzame camera’s die veelal op de borst of het hoofd gedragen worden, en waarmee al in meerdere gemeentes in Nederland wordt geëxperimenteerd.
Cameratoezicht is met haar vele verschijningsvormen iets wat de gemoederen in de juridische wereld blijft bezighouden. Na jarenlange discussie rondom het gebruik van bodycams is begin 2017 de bodycam landelijk ingevoerd. Dit onder meer als wapen tegen geweld jegens de politie en om politieagenten meer gezag te kunnen geven.
Met ‘De Confrontatie’ worden bodycams nu dus ingezet om alcoholmisbruik onder jongeren tegen te gaan. "Het doel van het bekijken van de beelden en het gesprek met jongere en ouders is om hen bewust te maken van de risico’s van het vertoonde gedrag en om herhaling van alcoholmisbruik te voorkomen", aldus de politie. Maar levert de inzet van de bodycams niet een onwenselijke schending van privacy op voor de jongeren die op beeld worden vastgelegd?
Het filmen van personen in de openbare ruimte kan een inbreuk op privacy opleveren en mag daarom alleen wanneer hiervoor een wettelijke grondslag bestaat. In Nederland ontbreekt een expliciete wettelijke bepaling waarin de inzet van bodycams wordt genoemd. Op dit moment wordt de inzet van bodycams daarom ontleend aan verscheidene ‘algemenere’ bepalingen uit de wet.
Wanneer bodycams worden ingezet in het kader van de uitvoering van een algemene politietaak, dan wordt dit mogelijk gemaakt door artikel 3 van de Politiewet. Hierbij kan men bijvoorbeeld denken aan criminaliteitsbestrijding als taak van de politie. Bij overheidstaken staat privacy logischerwijs hoog in het vaandel. De Politiewet en de Wet Politiegegevens stellen dan ook strenge eisen aan het gebruik van cameratoezicht en maakt dit alleen mogelijk wanneer er enkel een geringe inbreuk op de privacy van burgers wordt gemaakt.
De vraag is of de inzet van bodycams door de politie niet onevenredig is met het oog op het doel wat de politie probeert te bereiken, namelijk het terugdringen van alcoholmisbruik onder jongeren? De politie zou minder ingrijpende maatregelen toe kunnen passen, waarmee zo min mogelijk inbreuk wordt gemaakt op de privacy van de jongeren. De bodycam maakt het nu namelijk mogelijk dat iemand op ‘intieme hoogte’ gefilmd wordt. De camera’s filmen de jongeren immers recht in het gezicht. Het is daarbij nog maar de vraag in hoeverre het kenbaar is dat er gefilmd kan worden. De informatieplicht bij cameratoezicht is van groot belang, maar onduidelijk is in hoeverre daar in deze situatie aan wordt voldaan.
Bij cameratoezicht in de openbare ruimte moet dit namelijk duidelijk zijn aangegeven. Dit kan bijvoorbeeld door informatiebordjes te bevestigen aan lantaarnpalen of door agenten te voorzien van een band om de arm waarmee het cameragebruik kenbaar wordt gemaakt. Al met al dient kritisch gekeken te worden of de aanpak van de politie, en daarbij het doel wat zij voor ogen heeft, eventueel op een minder ingrijpende manier plaats kan vinden. Zo zouden beschonken jongeren ook enkel aangesproken kunnen worden op hun gedrag, om ze vervolgens door te verwijzen naar Bureau Halt voor begeleiding. Dit alles eventueel zonder het gebruik van een bodycam.
De inzet van bodycams is afgelopen jaren in Nederland grootschalig op verschillende manieren uitgeprobeerd en daarbij is aangetoond dat het hulpmiddel voor de politie inderdaad in de praktijk toepasbaar is, maar deze experimenten geven nog onvoldoende zicht op de daadwerkelijke effectiviteit en meerwaarde voor het politiewerk. Op dit moment loopt het project ‘De Confrontatie’ nog steeds, maar alle experimenten samen zullen eind deze maand resulteren in een concreet advies van politie-eenheden die de bodycam hebben ingezet aan de korpsleiding van de politie. Nog even afwachten dus in hoeverre de privacy van de jongeren hierin gewaarborgd zal gaan worden.
Wanneer u als private organisatie gebruik maakt van cameratoezicht, gelden er andere regels dan voor de inzet van bijvoorbeeld bodycams door de politie. Onder de huidige wetgeving worden er enkele voorwaarden gesteld waaraan organisaties moeten voldoen bij gebruik van cameratoezicht. Werknemers moeten van tevoren zijn ingelicht; de beelden mogen niet langer dan vier weken bewaard worden; en werknemers moeten onder meer recht hebben op inzage en verwijdering van de beelden. Daarnaast moet het gebruik van camera’s ook gemeld worden bij de Autoriteit Persoonsgegevens.
Daarnaast heeft de Autoriteit Persoonsgegevens voor organisaties beleidsregels opgesteld, gebaseerd op de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Politiewet. Dit beleid helpt hen bij de vraag of inzet van een camera voor toezichtsdoeleinden is toegestaan.
Het moment waarop de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van toepassing is, komt steeds dichterbij en zal eveneens invloed hebben op het gebruik van cameratoezicht; zowel bij de uitvoering van een overheidstaak als bij het gebruik ervan binnen organisaties. De Wbp zal vervangen worden en er zullen strengere regels gaan gelden, waarbij de nadruk wordt gelegd op het feit dat u aan moet kunnen tonen dat uw organisatie zich aan de wet houdt.
De verantwoordelijkheid op het gebied van privacy komt meer bij organisaties zelf te liggen en daarbij is transparantie van groot belang. De meldplicht bij de Autoriteit Persoonsgegevens zal vervallen, maar ondanks dat wordt het daarentegen wel verplicht om een register bij te houden met alle activiteiten waarbij persoonsgegevens worden verwerkt. Dit geldt ook als u op dit moment al een bestaand camerasysteem hebt.
Dit artikel is geschreven door Beaubine Adriaansen in samenwerking met Jorden Bailey.
Op 25 mei 2018 gaat de nieuwe privacywet AVG gelden. Heeft u hulp nodig om te voldoen aan de AVG? Wij staan voor u klaar! Klik hier voor meer informatie over privacyadvies of privacydocumenten, of neem contact met ons op.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.