Als een klant failliet gaat hoeft de clouddienstverlener niet zonder garantie van betaling te blijven leveren. Deze conclusie trek ik op grond van de uitspraak van het hof van ‘s-Hertogenbosch.
De curator van Retera Interieurwerken B.V. heeft het (ook) in hoger beroep moeten afleggen tegen de clouddienstverlener Vict Informatici B.V. De curator had hoger beroep ingesteld tegen de beslissing dat hij geen recht heeft op de kosteloze toegang tot de administratie van de failliet.
De administratie van de failliet werd bijgehouden in een applicatie in de cloud. Na faillissement heeft Vict op een gegeven moment de stekker uit de dienstverlening getrokken. Zij werd immers niet betaald. Als de curator de clouddienst had willen blijven gebruiken dan had hij dat aan moeten geven. Op grond van de wet is hij wel verplicht de schuldeiser (Vict) zekerheid te geven dat hij nieuwe rekeningen gaat betalen.
Dat heeft de curator niet gedaan. Wel beroept hij zich op zijn rechten ten aanzien van de administratie van Retera Interieurwerken B.V. Kort door de bocht zegt de curator dat Vict alles weer moet aanzetten tegen een te verwaarlozen vergoeding zodat hij bij de administratie kan. Het hof oordeelt dat zijn rechten ten aanzien van de administratie niet zo ver gaan.
De curator mag van de failliet verlangen dat deze meewerkt en gegevensdragers afgeeft. Ook heeft de curator recht op toegang tot elke plaats als dat noodzakelijk is om zijn taak uit te voeren. Het betekent niet dat de curator gratis gebruik mag maken van de diensten van Vict. Hij had dus eerder afspraken moeten maken met Vict en de normale vergoeding moeten betalen.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.