Een bank handelt niet onrechtmatig jegens een financieel tussenpersoon die openlijk sympathiseert met het nazisme, door elke vorm van samenwerking met hem te verhinderen. Dat vonniste de rechtbank Midden-Nederland begin mei.
De man was financieel adviseur en bemiddelde onder meer in hypotheken van de SNS Bank. Deze bank had dat geregeld via een samenwerkingsovereenkomst, welke de bank opzegde. Dit naar aanleiding van de mans extreemrechtse sympathieën: vanaf begin jaren nul tot ergens in 2012 was de man lid van de Nederlandse Volksunie, bestuurslid van de Vereniging van Nederlandse Nationalisten en is hij actief geweest binnen Voorpost en op Stormfront, een internetforum. Een internetpublicatie uit 2008 van Antifascistische Actie Nederland beschreef nader wat hij daar allemaal deed.
Mag de SNS Bank dat doen? Immers zakelijk bekeken zou iemands privémening er niet toe moeten doen, aangezien hypotheken en politiek weinig met elkaar te maken hebben.
Juridisch gezegd: Weigeren met iemand samen te werken op grond van diens extreemrechtse activiteiten levert onderscheid naar politieke gezindheid op bij de mogelijkheden tot uitoefening van het vrije beroep van hypotheekadviseur. Dat is in beginsel verboden (Algemene wet gelijke behandeling). Er moet een rechtvaardigingsgrond zijn.
De rechtbank vindt in artikel 3:10 Wet financieel toezicht die grond. SNS Bank is verplicht een adequaat beleid te voeren dat een integere uitoefening van haar bedrijf waarborgt, en daaronder valt ook het tegengaan van relaties met cliënten die het vertrouwen in de financiële onderneming of de financiële markten kunnen schaden
Wanneer een bank gebruik maakt van een financieel tussenpersoon die openlijk sympathiseert met het nazisme kan dit de reputatie van die bank schaden, aldus de rechtbank. Door het googelen van de naam van een dergelijke tussenpersoon kan een (potentiële) klant immers snel uitkomen bij die berichtgeving en daarvan kennisnemen. Dat moet de SNS Bank dus voorkomen van de Wft.
Enkel het feit dat er berichten op internet staan over iemand, is echter nog niet genoeg:
Op internet worden ook leugens verspreid met de bedoeling om anderen in een kwaad daglicht te stellen. Wanneer een bank geconfronteerd wordt met berichten op internet waaruit kan worden afgeleid dat een voor haar bemiddelend financieel tussenpersoon sympathiseert met het nazisme, rechtvaardigt dat daarom op zichzelf nog niet dat elke vorm van samenwerking met die tussenpersoon wordt verbroken dan wel in de toekomst wordt verhinderd. Daarvoor zijn bijkomende omstandigheden nodig.
Deze omstandigheden waren er hier: kort gezegd kwam het erop neer dat de man na de eerste signalen vanuit de bank nooit geprotesteerd had dat de berichten onjuist, overdreven of iets dergelijks waren. Daardoor mocht SNS Bank er vanuit gaan dat deze juist was. En op die grond is het toegestaan de samenwerking te verbreken.
Het ging hier natuurlijk om een overeenkomst van opdracht en geen werkgever. Toch denk ik dat bij een werknemer dezelfde uitkomst te verwachten is, zeker in de financiële sector waar deze strenge regels gelden. Maar ook bij andere sectoren denk ik dat je van een werkgever moeilijk kunt verwachten dat ze personen handhaven met dergelijke sympathieën. Hoewel – er moet dan wel een objectieve reden zijn dat het bedrijf er daadwerkelijk schade door leidt.
Wat vinden jullie?
Meer weten over aandachtspunten van ICT-contracten? Kom naar de praktische trainingen van ICTRecht Academy voor advocaten en algemeen publiek.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.