Airbnb is een razend populaire community-marktplaats waar particuliere woningeigenaren van over de hele wereld hun accommodaties te huur kunnen aanbieden. Onder andere onze hoofdstad is erg in trek bij toeristen en de komst van airbnb heeft het voor hen eenvoudiger gemaakt om hier te verblijven. Voor veel gemeenten heeft de komst van airbnb echter ook een schaduwzijde: inspecteurs van Bouw- en Woningtoezicht treffen geregeld woningen aan die zijn omgetoverd tot hotel.
Aan hotels worden andere bouwkundige eisen gesteld dan aan een woning, waardoor deze omgetoverde (illegale) hotels vaak niet voldoen aan de regels rondom brandveiligheid. Daarom worden deze hotels door gemeenten veelal ontruimd en gesloten. Zowel voor toeristen als de gemeente is dit een vervelende situatie. De gemeente Amsterdam houdt zich al geruime tijd bezig met dergelijke ontruimingsacties. Volgens nrc.nl is Amsterdam het inmiddels zat. Op dit moment is de gemeente Amsterdam druk in onderhandeling met airbnb. De gemeente wil graag dat het platform een gedeelte van de handhaving op zich neemt. In deze blogpost bespreek ik kort wat gemeenten in dit kader van airbnb zouden kunnen vragen.
De website van airbnb is te kwalificeren als ‘dienst van de informatiemaatschappij’ zoals naar voren komt in Europese en Nederlandse regelgeving. Deze definitie wordt hier omschreven als ‘elke dienst die gewoonlijk tegen vergoeding, langs elektronische weg, op afstand en op individueel verzoek van de afnemer van de dienst wordt verricht zonder dat partijen gelijktijdig op dezelfde plaats aanwezig zijn.’.
De dienst die airbnb aan haar klanten biedt, valt onder deze definitie. Via haar online-platform kunnen particulieren hun accommodatie namelijk te huur aanbieden. Voor het plaatsen van de advertentie brengt airbnb geen kosten in rekening, maar zij vordert wel verhuurdersservicekosten (3% voor elke reservering). Airbnb verkrijgt dus wel een vergoeding voor de door haar geleverde diensten.
De website van airbnb is een human-based zoeksysteem. Dit betekent dat de zoekresultaten, in dit geval de verhuuradvertenties, handmatig worden toegevoegd. Slechts de door haar klanten toegevoegde advertenties kunnen worden getoond als zoekresultaat. Hierdoor vallen de technische handelingen van airbnb onder hosting: het op verzoek opslaan van informatie die afkomstig is van een ander.
Hostingshandelingen die worden verricht door online dienstverleners zijn volgens de wet onder specifieke omstandigheden van aansprakelijkheid gevrijwaard. Dit is het geval wanneer deze handelingen een technisch, automatisch en passief karakter hebben. De wet zegt dat een hostingsprovider een beroep kan doen op de wettelijke vrijwaring wanneer hij niet weet, of niet behoort te weten, dat de door hem opgeslagen informatie een onrechtmatig karakter heeft.
Zodra hij bekend is met de onrechtmatigheid, wordt van hem verwacht dat hij direct de informatie verwijderd of de toegang daartoe onmogelijk maakt. Bovendien mag de hostingsprovider ‘geen gezag hebben over’ of ‘toezicht hebben op’ de door hem opgeslagen informatie. Tot slot bestaat er voor de hoster een onderzoeksplicht wanneer hij ‘gegronde reden heeft te twijfelen aan de rechtmatigheid van de bij hem opgeslagen informatie in verband met de gerechtvaardigde belangen van derden’.
Deze onderzoeksplicht voor hostingproviders wordt genoemd in de Richtlijn inzake elektronische handel, waarin ook de wettelijke vrijwaring is opgenomen. Volgens de Richtlijn moet de hoster zich houden aan zorgvuldigheidsverplichtingen die betrekking hebben op het opsporen en voorkomen van bepaalde illegale activiteiten. Met haar data zou airbnb bijvoorbeeld kunnen detecteren welke accommodaties structureel worden verhuurd en dus fungeren als (illegaal) hotel. Daardoor kunnen gemeenten van airbnb verlangen dat zij een gedeelte van de handhaving op zich neemt.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.